Onze tennis -en padelbond biedt competitie en toernooien in een open genderneutrale vorm aan. Lovenswaardig, maar in de praktijk lijkt dit toch niet helemaal te werken. Waar je als beginner misschien nog een enigszins gelijke tred hebt tussen de seksen, ontstaan er bij enige vorderingen al snel verschillen die leiden tot een ongelijke strijd. Vooral met het toepassen van actuele rating.
Wanneer dames goed mee kunnen komen in een gemengde wedstrijdvorm met heren qua rating, betekent dit over het algemeen dat ze in een dubbelvariant 1 á 2 klassen hoger kunnen spelen. Aangezien het hoogste internationale niveau voornamelijk gericht is op het dubbelspel, vraag ik me wel eens af wat de achtergrond is voor het aanbieden van een neutrale variant. Of is dit misschien een geniale list van onze bond om weerstand te kweken bij de Nederlandse dames, zodat onze Oranje Leeuwinnen in korte tijd de wereld gaan domineren?
Waar meer voor te zeggen valt is het gemengd dubbelspel. In Nederland bij tennis al sinds jaar en dag een gebruikelijke wedstrijdvorm tot op het hoogste niveau. In de Amerikaanse pro league wordt er inmiddels ook mee geëxperimenteerd. Voor mij persoonlijk blijft het dubbelspel het leukste om te zien. Padel is toch bij uitstek een spel dat het leukste is wanneer de verschillen het kleinste zijn.
Het voorjaar. De tijd voor bloesems, jonge dieren en voorzichtig oplopende temperaturen. Maar natuurlijk ook weer de start van de KNLTB competitie! Waar je voorheen als boomer-tennisser maar één competitie had die er echt toe deed, heb je bij padel wel 4 competities die het hele jaar door georganiseerd worden door de bond voor tennis en padel. Voor elk jaargetijde een eigen competitie. Ook hier zie je verschil in sterkte, deelname en beleving.
Het is over het algemeen leuk en leerzaam om competitie te spelen. Je ontmoet weer eens wat anderen buiten het vertrouwde cirkeltje van mensen wiens speelwijze je inmiddels door en door kent. Je speelt nu ook regelmatig buiten tegen de elementen. Natte wanden, vette wanden, harige ballen, orkanen en verblindend zonlicht. Er nijgt niets meer naar competitievervalsing dan buiten spelen voor binnenspelers.
De honingdas
Vorige week werd er een mooie wedstrijd gespeeld in Santiago de Chile. Het jeugdige reuzendoderdubbel Cardona/Augsburger, dat de dag ervoor Tapia/Coello agressief aan de kant wist te schuiven, moest aantreden tegen het duo Libaak/Tello. Zij vormen een nieuw koppel dit seizoen waarin ervaring en jeugd een krachtige combinatie vormt. Na twee zinderende tie-breaks wisten Libaak en Tello de derde set naar zich toe te trekken. Met name de rust en ervaring van Tello bleek uiteindelijk de belangrijkste factor voor de winst.
Juan Tello wordt ook wel de kat genoemd. Die bijnaam heeft hij gekregen vanwege zijn dierlijke reflexen en hoge sprongen op de baan en misschien stiekem ook wel een beetje vanwege zijn jarenlange partnerschap met ‘de muis’ - Fede Chingotto. In de volgende ronde staat voor de kat een beestachtig duel op stapel, hij moet aantreden tegen Juan Lebron - ‘de wolf’. Waar Lebron speelt volgt wereldwijd gehuil uit het publiek bij de ballen die hij de kooi uit jaagt. Het zou mooi zijn als ook Juan Tello vereerd wordt door een kakofonie aan gemiauw als hij zijn smash laat spreken.
Padel is een spel van bijnamen. Dieren komen vaak voor, maar ook verwijzingen naar componisten, superhelden of weersverschijnselen zijn niet ongebruikelijk. Over het algemeen zijn de bijnamen treffend, op een soms vreemde manier passend bij uiterlijk of karakter en veelal te herleiden naar positieve eigenschappen van een speler.
In mijn eigen competitie team ben ik onder de radar begonnen om deze traditie op te zetten. Één naam blijft al voorzichtig hangen. Voor een ander maatje heb ik een prachtige naam op het oog. Op YouTube zag ik laatst een hilarisch filmpje van een bijzonder dier, de honingdas. Dit dier kenmerkt zich door een weerbarstig en robuust uiterlijk en lijkt geen angst te kennen. Het heeft een gebrek aan ontzag voor de rest van de wereld en een bijna autistische doelgerichtheid. Ik speel graag met de honingdas.
De Hyena
Laatst hoorde ik mijn maatje hardop lachen tijdens een rally. Hij is een serieuze man van middelbare leeftijd en ik verwachtte het niet, dus bleef het als een zaadje in mijn achterhoofd steken. Recentelijk ontkiemde dit zaadje toen het opnieuw gebeurde. Het viel ook op omdat het een bijzondere lach was. Normaal gesproken hoor je die bij kleine kinderen veel, een spontane ongedwongen uiting van puur plezier.
Het gebeurde in vergelijkbare omstandigheden. Een lange rally die op en neer golft. Beide partijen krijgen kansen om het punt te beëindigen. Maar dan vallen er bijzondere dingen voor, een onhaalbare bal die precies omhoog stuit van het hek waardoor deze net haalbaar wordt. Een no-look-save van een bal die je nog net een liftje kunt geven door blind je racket uit te steken.
Dit soort dingen gebeuren mijns inziens te vaak bij padel om het alleen met toeval of geluk af te doen. Ik denk dat het meer met intense beleving en flow te maken heeft. Het spel dwingt je namelijk in omstandigheden waar je onbewust alle overbodige ballast los moet laten en dus zuiver op instinct en spiergeheugen handelt. Dit verklaart ook mooi het fenomeen dat ik de stand zo vaak kwijtraak tijdens intensieve potjes.
Mijn maatje lacht niet alleen tijdens rally’s, hij is ook een meedogenloos roofdier op links. Ballen die te kort komen, kan hij als geen ander X3 of X4 de baan uit ranselen. Deze combinatie van factoren levert hem een mooie en eervolle bijnaam op. Ik speel graag met de hyena.